Rechter: lidmaatschap opzeggen CVvE Paddepoel mag

Onlangs heeft de rechter uitspraak gedaan in een langlopend conflict in winkelcentrum Paddepoel in Groningen. Het begint bij een ondernemer die 10 jaar geleden eigenaar werd van een pand in winkelcentrum Paddepoel in Groningen. Volgens de leveringsakte werd hij daarmee ook meteen lid van de coöperatieve vereniging van eigenaren (CVvE) van het winkelcentrum. Hierin stond (onder meer) vastgelegd dat de ondernemer lid zou blijven zolang hij eigenaar van dit pand en dat hij zich moest houden aan de gangbare openingstijden.

In 2014 werd er door de CVvE een nieuw huishoudelijk reglement opgesteld. Hierin werden onder meer de openingstijden voor de donderdagavond (koopavond) en de maandelijkse koopzondag vastgelegd. De ondernemer was het niet eens met de wijzigingen en zegde uiteindelijk halverwege 2016 met onmiddellijke ingang het lidmaatschap van de CVvE op. Hij betaalde sindsdien ook geen contributie meer en bepaalde voortaan zijn eigen openingstijden. De ondernemer bleef niet meer de hele koopavond open.

De CVvE hield de onderneming aan het lidmaatschap en de bijkomende verplichtingen. Een gang naar de rechter werd onvermijdelijk. De vereniging vorderde voor de rechter de achterstallige contributie, een bijdrage in een renovatieproject, plus een boetesom van de ondernemer. In totaal kwam dit neer op zo'n € 22.000,- uit (plus rente en kosten).

Het oordeel van de rechter

De rechtbank oordeelde dat de CVvE in zijn recht stond om de openingstijden vast te stellen en deze te handhaven. De vereniging had dus terecht een vordering had ingesteld. De rechter oordeelde echter ook dat de ondernemer het lidmaatschap van de CVvE wel mocht opzeggen, echter niet per direct. Dat mocht pas aan het eind van het boekjaar dat volgde op het jaar waarin de ondernemer had opgezegd. Daarmee was is het lidmaatschap per 1 januari 2018 geëindigd. Conclusie was dus dat de ondernemer zich sinds april 2016 niet aan de regels had gehouden. De rechtbank wees de vordering van ruim € 22.000 daarom toe.

Interessant is echter dat het lidmaatschap wel opgezegd mocht worden, terwijl dit normaliter bij een Vereniging van Eigenaren niet kan. Naar aanleiding van diverse publicaties in andere media kregen wij hier van diverse VvE's vragen over. Wij vroegen de Rechtbank om meer informatie en kregen de volgende uitleg: 

'De gedane uitspraak heeft geen betrekking op een vereniging van eigenaars als bedoeld in afdeling 2 van boek 5 BW. De ‘Coöperatieve Vereniging van Eigenaren’ in Paddepoel noemt zich een vereniging van eigenaren, maar is geen ‘vereniging van eigenaars’ in de zin van afdeling 2 Boek 5 BW, die ontstaat van rechtswege bij de splitsing in appartementsrechten en waarvoor de wet een zelfstandige regeling geeft. Het is een ‘gewone’ coöperatieve vereniging waarvoor de wettelijke bepalingen van afdeling 2 van Boek 5 BW niet gelden. Dit wordt dan ook duidelijk in het vonnis, uit rechtsoverweging 2.4.:
De CVvE betreft een coöperatieve vereniging die de belangen behartigt van haar leden, die eigenaar zijn van of een zakelijk genotsrecht hebben op een onroerende zaak in het winkelcentrum "De Paddepoel" in Groningen.'

De volledige uitspraak is hier terug te lezen.