Ons klimaat verandert, ook binnenshuis
Door onze huizen te isoleren, houden we de kou buiten en de warmte steeds beter binnen. Maar wist u dat daardoor ons binnenklimaat verandert? En dat dat niet altijd gezond is? Appartement & Eigenaar zocht uit hoe dat precies zit en raadpleegde twee ex
Even voorstellen
Rob Huvers – sales manager Nederland bij Aralco Natural Ventilation Systems
Harm Valk - senior adviseur bij Nieman Raadgevende Ingenieurs
Wat is een optimaal binnenklimaat?
Rob Huvers: “Vanuit bouwkundig oogpunt ontstaat al snel de neiging daar cijfers aan te hangen, maar dan wordt het te technisch. Er zijn richtlijnen opgenomen in het Bouwbesluit die aangeven hoeveel luchtverversing er minimaal in een ruimte moet plaatsvinden en dat is weer gerelateerd aan het CO2-gehalte. CO2 wordt door mensen en dieren geproduceerd, wij ademen dat uit. Afhankelijk van het aantal personen in de ruimte en de activiteit van deze personen zal er meer CO2 ontstaan en dat CO2-gehalte is een goede indicator als het gaat om de luchtkwaliteit binnenshuis. Voor de bewoners echter is een optimaal binnenklimaat vaak gerelateerd aan een aangename temperatuur, geen nare luchtjes en niet te veel vocht.”
Harm Valk: “Ik denk dat je gezond en comfortabel aan elkaar moet koppelen en dan denk ik dat comfortabel nog weleens ten koste gaat van gezond. Mensen reageren nou eenmaal direct op discomfort. Zodra men tocht voelt, doet men een raam of rooster dicht en gaat de kachel een tandje hoger. Het kortetermijneffect is dat de tocht verdwijnt en het warmer wordt. Het langetermijneffect echter is dat de binnen-luchtkwaliteit achteruit gaat en helaas zijn onze zintuigen niet in staat dat op te merken. Zodra we een ruimte binnenlopen waar de binnen-luchtkwaliteit slecht is, merken we dat meteen. Echter, als we in een ruimte zitten waar de luchtkwaliteit langzaam minder wordt, dan nemen we dat niet waar. Essentieel voor een gezond binnenklimaat is een goede aan- en afvoer van frisse lucht, ventileren dus.”
Wat kunnen de gevolgen zijn van een slecht binnenklimaat?
Valk: “Op termijn kan dit voor COPD-achtige klachten zorgen zoals benauwdheid, veel hoesten en kortademigheid. Daarnaast veroorzaakt het ook branderige ogen, hoofdpijn en een slechte nachtrust, wat weer tot andere klachten kan leiden, waardoor er een soort kettingreactie ontstaat.”
Als we kijken naar bestaande complexen; hoe is het daar over het algemeen gesteld met het binnenklimaat en de kwaliteit daarvan?
Huvers: “Daar valt best nog wel wat te halen. Er zijn nog vrij veel complexen, met name de oudere complexen, waar niet mechanisch wordt geventileerd. Dan ben je afhankelijk van de natuurlijke trek door weersinvloeden. Over het algemeen is bij dit soort gebouwen de isolatie ook niet al te best. Wanneer de VvE kiest voor na-isolatie dan moet er ook worden gekozen voor een mechanisch ventilatiesysteem dat liefst individueel te bedienen is. Echter, een appartementencomplex met mechanische ventilatie geeft nog altijd geen garantie op een gezond binnenklimaat. Alles valt en staat met hoe de bewoner hiermee omgaat.”
Valk: “Wanneer het appartementencomplex een niet-mechanisch systeem heeft is het belangrijk zelf extra goed op de toevoer te letten. Als je ergens een raam open zet, moet je ook voor afvoer zorgen, bijvoorbeeld in de badkamer. Zo komt de lucht in beweging. De truc is dat er luchtverplaatsing plaatsvindt op de plek waar mensen zijn of vocht ontstaat.”
Hoe maak je op de juiste manier gebruik van een de aanwezige voorziening?
Valk: “Bij een mechanisch systeem zit in de keuken, badkamer en wc een afzuigpunt, met in de keuken een schakelaar met drie standen. Wil je optimaal van dit systeem gebruikmaken, dan zijn er twee dingen die je moet doen. Allereerst moet je de schakelaar gebruiken. Dus als je gaat douchen en koken, zet je voor die tijd de schakelaar op de hoogste stand. Dit zorgt voor de afvoer van de vochtige lucht. Omdat je op dat moment lucht afvoert, zal je ook lucht moeten aanvoeren, dat wil zeggen dat de gevelroosters open moeten staan. Als je geen lucht toevoert, kan er ook geen lucht worden afgevoerd.”
Hoe zit het dan bij nieuwbouw? Er van uitgaande dat alles conform het Bouwbesluit gebouwd is?
Valk: “In feite stelt het Bouwbesluit alleen maar eisen aan de capaciteit. Vergelijk het met een auto, die kan 200 kilometer per uur, maar het is maar net hoe hard je het gaspedaal intrapt of de auto 50, 80 of daadwerkelijk die 200 kilometer per uur gaat. Het Bouwbesluit zegt in feite alleen maar ‘zorg dat er voorzieningen zijn’, maar het is aan de bewoners om daar gebruik van te maken en in de praktijk gaat dat vaak niet vanzelf. Je moet wel actief met die voorzieningen omgaan. Toch denken veel mensen ‘ik heb een handig systeem, dus het komt wel goed’.”
Wat kun je zelf doen om beter te ventileren?
Valk: “Een relatief eenvoudige en goedkope optie is om de 3-standen schakelaar in de keuken uit te breiden met een extra draadloze bediening. Deze zijn voor een paar tientjes te koop; let er wel op dat deze past bij je ventilatiesysteem. Een handige plek voor deze extra schakelaar is bijvoorbeeld de badkamer. Voor de meeste mensen is het niet logisch om in de keuken de schakelaar in de hoogste stand te zetten als ze daarna in de badkamer gaan douchen. Met zo’n schakelaar in de badkamer kun je voor het douchen eenvoudig de afzuiging in de hoogste stand zetten.”
Hoe weet je als bewoner nou hoe het gesteld is met het binnenklimaat in de woning?
Valk: “Dit kan met behulp van een CO2-meter. Deze zie je op scholen ook steeds vaker. De meters hebben een soort stoplicht. Bij groen is alles prima, bij oranje moet je wel iets gaan doen en bij rood moet je direct in actie komen en ramen tegen elkaar openzetten.
Dit is een laagdrempelige manier om inzicht te krijgen in de kwaliteit van het binnenklimaat. Je kunt als VvE deze meter laten rouleren, blijkt het overal minder goed te zijn gesteld met het binnenklimaat, dan kan het zijn dat het centrale systeem niet goed functioneert.”
Wat zijn de innovaties op het gebied van het bereiken van een optimaal binnenklimaat?
Huvers: “Op het gebied van renovatie zijn er inmiddels systemen die per woning in een collectief kanaal de ventilatie kunnen regelen op basis van CO2. Deze systemen zijn gekoppeld aan een sensor die CO2 ‘snuffelt’. Dankzij deze sensoren wordt ventilatie volledig automatisch geregeld. Signaleert het systeem dat de luchtkwaliteit in de woning niet optimaal is, dan zal het zorgen dat er meer wordt geventileerd en voldoende frisse lucht de woning binnenkomt.”
Als VvE’s een ander systeem overwegen, wat is dan belangrijk om rekening mee te houden?
Huvers: “Meestal is de aanschaf van een nieuw systeem gekoppeld aan de isolatie van onder andere de gevel. Naast een systeem dat een goede aan- en afvoer garandeert – bij voorkeur een systeem met CO2-sensoren – is het ook belangrijk dat de ventilatie individueel kan worden geregeld. Daarnaast is ook het geluid een belangrijk punt om op te letten. Het systeem mag geen geluidsoverlast veroorzaken. Kies sowieso voor een systeem dat eenvoudig te gebruiken is. Als het te ingewikkeld wordt, gaan mensen het niet of niet juist gebruiken. Het voordeel van ventilatiesystemen met CO2-sensoren is dat de bewoners er geen omkijken naar hebben en de binnen-luchtkwaliteit optimaal is.”
Om een reactie te kunnen plaatsen heeft u een profiel nodig.
Inloggen